Mevrouw Corver
Mevrouw Corver groeide op in Amsterdam-Noord en woont sinds ze getrouwd is
vlak naast de Augustinusschool. Dat is nu alweer zo'n 50 jaar.
Over de oorlog...
De eerste vier jaar merkte je als kind niet zoveel van de oorlog. Maar vanaf september 1944 werd het anders. Toen moesten we meer meehelpen met overleven: kolen en hout zoeken of eten proberen te krijgen. Alles werd wat stiller en serieuzer. Je raakte het speelse kwijt, het vanzelfsprekende was in één klap over.
Over spelen...
We waren met vier kinderen thuis en we waren eigenlijk altijd buiten. Mijn moeder noemde mij altijd straatflair, ik wist eigenlijk niet precies wat het betekende maar misschien had ze wel gelijk. Het eerste dat ik me herinner is dat ik dagelijks op pad ging om vriendjes van huis op te halen met de vraag 'Kom je buiten spelen?'.
We speelden veel aan de dijk in Amsterdam-Noord. Er waren weinig auto's dus we knikkerden de hele straat uit of we waren met hele groepen aan het touwtje springen: in spin de bocht gaat in, uit spuit de bocht gaat uit!
Ik had ook een hoepel met een stok waarmee je de hoepel over straat kunt duwen. Zoiets kon je zelf maken, maar wij hadden hem kant-en-klaar gekocht. En... ik had een blauwe autoped met luchtbanden! Dat was toen heel bijzonder. Eigenlijk was die niet van mij, maar van mijn broer. Maar hij zat in het centrum op school en was dus altijd laat thuis... dan had ik de autoped al gepakt om mee te spelen. Ook weet ik nog heel goed dat ik mijn eigen tuintje had bij de Montessorischool. We zaaiden alleen maar bloemen, ik moet toen een jaar of zes geweest zijn.
Bron: Orteliusbuurt vol verhalen. Uitgave Stichting DOCK, oktober 2006.
Historisch Archief De Baarsjes